De Stichting Driel Polen heeft een wandelroute samengesteld van ongeveer 6 kilometer.
Deze vertrekt bij het informatiecentrum, voert u over de landingsterreinen en via de dijk weer terug naar Driel. Door middel van korte teksten en beeldmateriaal neemt de route u mee terug naar 1944 en de inzet van de Polen tijdens operatie Market Garden.

 


Download hier GPX-file voor navigatie

Download PDF bestand om uit te printen

U vertrekt bij het informatiecentrum waar u eerst nog uitgebreid kennis kan nemen van het verhaal van de brigade en hun inzet. Ook leest u hoe Sosabowksi als criticaster van het Britse opperbevel na het mislukken van de operatie de zondebok werd en de wijze waarop het eerherstel tot stand kwam in 2006.


1. Informatiecentrum

Op 21 september 1944 landde tijdens Operatie Market Garden de 1ste Poolse Onafhankelijke Parachutistenbrigade bij het dorp Driel. De gevolgen waren groot, zowel voor de Drielse burgerbevolking als voor de Poolse parachutisten.

Het informatiecentrum achterin de katholieke kerk belicht de strijd van de 1ste Poolse Onafhankelijke Parachutistenbrigade
bij Driel tijdens Operatie Market Garden.
Tevens gaat het in op het ontstaan van deze brigade, de oneervolle behandeling van de Polen na het mislukken
van de operatie, het eerherstel en de hechte band die bestaat tussen Driel en Polen.


2. Landingstereinen – destijds velden en boomgaarden

Op 21 september 1944, omstreeks 17:15 uur was dit het terrein van de Poolse troepen.
Ongeveer 1.000 parachutisten werden hier gedropt.

Op 21 september 1944 vormde dit gebied ‘Dropzone K’ (DZ K).
De omgeving van Driel bestond destijds uit velden en boomgaarden.
Hierboven sprongen rond 17:15 ongeveer 1.000 parachutisten van de 1e Poolse Onafhankelijke Parachutistenbrigade uit de 73 Dakota-transportvliegtuigen van de Amerikaanse luchtmacht.


3. De eerste schermutselingen: Duitse aanvallen afgeslagen, verliezen te betreuren

De Poolse troepen betrokken posities in en rond Driel, onder andere bij de voorganger van de naoorlogse boerderij de Baarskamp.
Bij een eerste Duitse aanval op een van de Poolse posities, sneuvelde 2de luitenant Richard Tice.

In de eerste nacht probeerden de Poolse troepen Oosterbeek te bereiken om daar de ingesloten Britse troepen te ondersteunen.
Helaas lukte het niet om de Rijn over te steken, waarna de Poolse soldaten in de vroege uren van 22 september 1944 posities bij Driel innamen.
Een van de posities bevond zich in de voorganger van de naoorlogse boerderij de Baarskamp.
Een peloton van 28 man sterk, onder leiding van 2de luitenant Richard Tice vestigde zich rondom de boerderij.
Een eerste Duitse aanval, ondersteund door pantservoertuigen, werd afgeslagen.
Tice sneuvelde hierbij.


4. Gestrande hulp: Voorraden bereiken Britse troepen in Oosterbeek niet

In de avond van vrijdag 22 september 1944 bereikten onderdelen van het geallieerde grondleger – vanuit het zuiden van Nederland – Driel.
De amfibievoertuigen met voorraden bestemd voor de Britse troepen bij Oosterbeek, strandden nog in het donker voor de Rijn.


In de vroege avond van vrijdag 22 september 1944 bereikten onderdelen van het geallieerde grondleger -vanuit Zuid-Nederland- Driel.
Daaronder waren twee DUKWs: amfibievoertuigen met voorraden voor de ingesloten Britse troepen bij Oosterbeek.
Ze reden zich in het donker vast in de modderige, steile toegangswegen naar de rivier.
Geen van de voertuigen bereikte de overkant.
In een haakse bocht, die toen in de weg zat, raakte een DUKW van de weg, en kwam tot stilstand in een greppel.


5. Duitse stellingen achter de spoordijk nemen Poolse troepen onder vuur

Na de landing van de Poolse parachutisten zette de Duitse commandant snel troepen in vanuit het oosten, die stellingen innamen achter de spoordijk.
Dit ‘Sperrverband Harzer’ bestookte de Poolse troepen met name met behulp van (zware) artillerie.

Na de landing van de Poolse parachutisten zetten Duitse bevelhebbers snel troepen in vanuit het oosten, uit angst dat de Poolse soldaten naar de verkeersbrug bij Arnhem zouden oprukken.
Om ze de pas af te snijden, hadden de Duitse troepen op 22 september 1944 een sterke defensieve stelling ingericht achter de spoordijk van het traject Arnhem-Nijmegen.
De soldaten maakten schuttersputten, groeven zich in, en wachtten op de vijand.
Deze inderhaast verzamelde groep van verschillende eenheden, werd ‘Sperrverband Harzer’ genoemd.
Zij bestookten de Poolse troepen met name met behulp van (zware) artillerie.


6. Rijndijk en Engineers Monument: De oversteek van de Nederrijn

Deze locatie – gelegen tegenover Oosterbeek – speelde een belangrijke rol bij zowel de pogingen van de Poolse troepen om de Britten in Oosterbeek te bereiken als tijdens de terugtrekking van de Britse soldaten uit Oosterbeek in de nacht van 25/26 september.

Rond deze locatie werden door Poolse troepen pogingen ondernomen om de Britten in Oosterbeek te bereiken.
Omdat het Drielse veer verdwenen was, moesten de Poolse troepen op zoek naar boten waarmee de oversteek gemaakt kon worden.
De eerste nacht lukte dat niet maar tijdens de tweede nacht bereikten 52 Polen met behulp van opblaasboten de overkant. Tijdens de derde nacht, wisten 153 soldaten de overkant te bereiken met behulp van aangevoerde aanvalsboten.
Op dezelfde plek staken de Britten en Polen ook de Rijn over bij hun terugtocht uit Oosterbeek in de nacht van 25 op 26 september.


7. De Nevel: Polen nemen stellingen in rond Driel

Omdat de Poolse troepen niet gelijk de eerste nacht de Rijn konden oversteken, namen ze stellingen in rond Driel. Ook bewaakten ze hier krijgsgevangenen. Onder de Duitse krijgsgevangenen bleken zich twee Polen te bevinden. Zij waren gedwongen in Duitse militaire dienst te treden en daardoor vochten ze mee met de Duitse troepen.  

Omdat de Poolse troepen niet gelijk de eerste nacht de Rijn konden oversteken, om de Britse troepen in Oosterbeek te ondersteunen, trokken ze zich op de avond van 21 september 1944 terug naar Driel.
In de omgeving van boerderij ‘De Nevel’ namen ze defensieve posities in.
De mannen maakten schuttersputten, groeven zich in, en wachtten op de vijand.
Een paar soldaten moesten 11 krijgsgevangenen bewaken.
Twee van hen bleken Polen te zijn die gedwongen waren om in Duitse militaire dienst te treden.


8. De poging van de Dorsets: gedoemd te mislukken

In de nacht van 24 op 25 september 1944 werd, na twee eerdere mislukte pogingen door de Polen, een laatste operatie ondernomen om de Britse troepen in Oosterbeek te versterken. Helaas slaagden de soldaten van The Dorsetshire Regiment er ook niet in om de overkant van de Rijn te bereiken. De Polen kwamen deze keer niet in actie, want de beoogde boten waren er niet.

In de nacht van 24 op 25 september 1944 werd een laatste poging gedaan om de Britse troepen in Oosterbeek te versterken met de Polen en de mannen van The Dorsetshire Regiment.
De Polen kwamen niet in actie, want de beoogde boten waren er niet.
De Dorsets probeerden tegenover de Westerbouwing – de hoogte aan de overkant – over te steken. Sosabowski had tijdens een overleg met Britse officieren in Valburg deze locatie afgeraden omdat de Duitse troepen de heuvel bezetten.
De poging om de rivier over te steken mislukte en Sosabowski’s bezwaren op de gekozen locatie bleken terecht.


9. Het Drielse veer: Onklaar gemaakt voor de Duitse troepen en onbruikbaar voor de Polen

Het eerste doel van de Poolse troepen was om per Drielse veerpont de Rijn over te steken en zo de ingesloten Britse troepen in Oosterbeek te bereiken. De pont bleek echter onbruikbaar. De veerbaas maakte deze op woensdag 20 september onklaar om te voorkomen dat de Duitse troepen die zouden gebruiken.

Op september 1944 kwamen de Poolse troepen aan in Driel.
Het was de bedoeling om hier per Drielse veerpont de Rijn over te steken.
Aan de overkant van de rivier, in Oosterbeek, was de 1ste Britse Luchtlandingsdivisie ingesloten.
De Britten wachtten in spanning op de Poolse versterking vanuit het Zuiden.
Veerbaas Peter Hensen zag al op woensdag 20 september dat aan de overkant de Duitse troepen heer en meester over het gebied waren.
De veerbaas besloot daarom de gierpont onklaar te maken om te voorkomen dat de Duitsers die zouden gebruiken.
Hierdoor waren de Poolse troepen ook niet in staat om gebruik te maken van het veer.


10. Hoofdkwartier en borstbeeld generaal-majoor Stanisław Sosabowski

Het borstbeeld van generaal-majoor Stanisław Sosabowski kijkt uit op zijn hoofdkwartier, aan de Molenstraat 12. Dit huis was in september ’44 het woonhuis van molenaar Beijer. In de ochtend van de 22ste vestigde de generaal er zijn hoofdkwartier.

In de ochtend van 22 september vestigde generaal-majoor Stanisław Sosabowski, commandant van de  1e Poolse Onafhankelijke Parachutistenbrigade, in het huis op Molenstraat 12 zijn hoofdkwartier.
Zijn borstbeeld kijkt er nu op uit. In een wijde kring om het huis van molenaar Beijer gingen de diverse legereenheden in stelling.
Ze groeven schuttersputjes en richtten een verdedigingslinie in.
Vanuit zijn commandopost ging de generaal vervolgens op inspectie bij zijn soldaten.
Hij verplaatste zich hier voor, tot grote hilariteit van zijn mannen, per damesrijwiel.


11. De Household Calvary komt de Poolse troepen versterken met acht pantserwagens

Vroeg in de ochtend op vrijdag 22 september 1944 bereikten eenheden van de Household Cavalry onder dekking van een dikke laag mist de Poolse soldaten. Zo kregen de Polen versterking van acht gepantserde voertuigen met kanonnen, goed werkende radio’s en 20 soldaten.

Vroeg in de ochtend op vrijdag 22 september 1944 bereikten troepen van het grondleger dat uit het zuiden kwam, de Poolse parachutisten bij Driel.
Vanuit Nijmegen waren eenheden van de Household Cavalry door de Duitse linies geglipt.
Ze hadden geluk dat er een dichte mist hing, waardoor de soldaten niet ontdekt werden.
Zo reden ze zonder een schot te lossen vanuit het westen Driel binnen, over de Drielse Rijndijk.
Op die manier kregen de Poolse troepen een welkome versterking van acht gepantserde voertuigen met kanonnen, goed werkende radio’s en 20 soldaten.


12. Het noodhospitaal in de school: Opereren gekleed in scherfvesten

De medische compagnie van de Poolse parachutistenbrigade koos de rooms-katholieke lagere school uit als noodhospitaal. De medische staf verzorgde uiteindelijk in totaal 159 gewonden: Poolse en Britse militairen en Nederlandse burgers.

De medische compagnie van de Poolse parachutistenbrigade koos de rooms-katholieke lagere school uit om als noodhospitaal te dienen.
Tot kort voor de gevechtshandelingen bood het huisvesting aan vluchtelingen uit het westen van het land.
De bedden stonden bij wijze van spreken klaar om toegewezen te worden aan Poolse patiënten.
De dokters en hospitaalsoldaten verzorgden uiteindelijk in totaal 159 gewonden: Poolse en Britse militairen en Nederlandse burgers.


13. Gevechten rond de Dorpsstraat aan de zuidkant van Driel

Bij de T-splitsling van de Dorpstraat-Honingveldsestraat hadden de Poolse troepen stellingen ingenomen. Toen de Duitse troepen op 23 september de aanval inzetten, moesten de Polen zich gehaast terugtrekken.

Aan het andere einde van de Dorpstraat, zo’n 800 meter naar het zuiden, hadden de Poolse soldaten antitankmijnen gelegd bij de T-splitsing Dorpstraat – Honingveldsestraat.
Deze posities rond de Honingveldsestraat werden op 22 september aangevallen door Duitse troepen.
De Poolse soldaten trokken zich in de haast terug naar de Dorpstraat.
Daarbij raakte een radio-operator met zijn antenne verstrikt in de stuiken waardoor hij achterop raakte. Henk te Dorsthorst, inwoner van Driel, hielp hem om los te komen.


14. Het als verbandpost ingerichte rooms-katholieke parochiehuis


Bij het begin van de Slag om Arnhem werd, onder leiding van de plaatselijke vrouwelijke huisarts, dokter A. van den Burg – van der Poel, het rooms-katholieke parochiehuis ingericht als een bescheiden verbandpost voor burgers.
Tot de eerste patiënten behoorden bemanningsleden van een Stirling bevoorradingsvliegtuig.
Dit toestel was op 19 september 1944 neergestort nadat het boven Oosterbeek voorraden voor de Britten had afgeworpen.
Een van de andere burgers die hielp met het verzorgen van de gewonden, was Cora Baltussen.


15. De katholieke kerk: Van uitzicht tot informatiecentrum

Op 24 september 1944 bezocht luitenant-generaal Brian Horrocks, commandant van het grondleger, Driel. Samen met generaal-majoor Sosabowski en drie andere Britse officieren bekeek hij de situatie aan de overkant van de Rijn vanaf de kerktoren.

In de vroege ochtend van zondag 24 september 1944 kwam luitenant-generaal Brian Horrocks, commandant van het 30e Korps -het grondleger-, naar Driel.
Samen met generaal-majoor Sosabowski en drie andere hoge Britse officieren besteeg hij de toren van de rooms-katholieke kerk die goed uitzicht bood over de uiterwaarden, de Rijn en het slagveld aan de overkant van de rivier.
Ter plekke besloot Horrocks dat nog een laatste poging zou worden gedaan (door de Dorsets) om de Britse troepen in Oosterbeek te versterken.


16. Het monument op Plac Polski en de jaarlijkse herdenking in Driel

Op 21 september 1946 vond de onthulling plaats van een sober monument ter herinnering aan de gebeurtenissen van twee jaar eerder. Het huidige monument verrees 15 jaar later. Hier wordt jaarlijks de inzet van de Poolse soldaten herdacht.

Op 21 september 1946 vond de onthulling plaats van een sober monument ter herinnering aan de gebeurtenissen van twee jaar eerder.
Een nieuw gedenkteken voor de Poolse Parachutistenbrigade verrees 15 jaar later. Beeldhouwer Jan Vlasblom ontwierp een modern beeld van ‘jeugd die de vrijheid als een kostbaar juweel vasthoudt’.
De steen erboven is als een parachute.
Op het voetstuk kwam Surge Polonia (Polen zal herrijzen) te staan. Hier wordt jaarlijks de inzet van de Polen herdacht.